Pippa:
Die stomme Ma Tok!
Ze haalt mij telkens van mijn nest af.
En ik moet broeden, dat moet, dat moet echt!
Alles in mij schreeuwt erom en ga daar dan maar eens tegenin.
Pippa's droom: kuikens! |
Ik vind het gemeen.
Wat is er nu tegen?
Er zijn maar drie kuikens gebleven in de Tok-tuin, dus vreselijk vol is het hier nog niet. Goed, zestien kippen is natuurlijk best heel wat in een tuin in de binnenstad, maar er kunnen er toch nog wel twee bij?
Of drie?
En dan zegt ze dat het koud wordt binnenkort. Nou, daar merk ik nog steeds niks van.
Ze hebben het toch steeds over de opwarming van de aarde?
Dat geldt dan zeker niet voor onze tuin?
Pippa wil altijd wel broeden, desnoods weer in het hondenhokje |
Heerlijk lijkt me dat.
Dan heeft Ma Tok geen poot meer om op te staan en ik wel.
Twee zelfs.
Al sta ik nu niet, ik zit.
Maar dat was bij wijze van spreken, dat staan.
O, dat had u al begrepen.
Goed van u.
Ik heb net van Geertrui gehoord dat u niet allemaal even slim bent, dus ik leg het toch maar even uit, voor de dommeren onder u.
Maar nu het broeden.
Maria legt een eitje voor Pippa, die even is opgestaan |
rechts onder het beruchte krukje |
Nee, ik ga dat niet herhalen, u mag zelf iets invullen.
Ma Tok zei tegen mij dat de kans op bevruchte eitjes op het ogenblik niet zo groot is, omdat Laza best al oud is en we geen hulphaan meer hebben.
En dan vindt ze het zogenaamd zielig voor mij dat ik drie weken voor niks op eitjes zit, omdat er geen kuiken in groeit. Volgens mij is dat een smoes, ze wil gewoon geen kleintjes op het ogenblik.
Maar ik wel.
En daarom blijf ik doorgaan.
We zien wel wie de langste adem heeft, Ma Tok of ik.
Ik gok op mezelf.
En u?