Ik ben nog nooit zó blij geweest, wat is het heerlijk in de Tok-tuin! Mijn drie zussen en ik lopen de hele dag lekker vrij rond in dit kippenparadijs.
Het is bijna te mooi om waar te zijn.
Elke morgen als ik wakker word moet ik mezelf even pikken om te beseffen dat ik niet droom. En dan ren ik snel naar beneden, de trap af naar de tuin. Daar ga ik eerst even rondrennen, om zeker te weten dat het echt waar is dat ik hier woon. Daarna ga ik eten en een ei leggen als dat er is en dan ga ik weer naar beneden om verder de hele dag te scharrelen.
Ik kan nog steeds niet geloven dat het echt waar is dat ik hier in deze tuin mag wonen. Ik zag dat Dana zichzelf pikte en ik vroeg waarom ze dat deed. "Dat is om zeker te weten dat ik niet droom," kakelde ze lachend. Heb jij dat niet?" Ik moest toegeven dat ik er ook wel eens aan twijfelde of ik wakker was, maar dat het langzamerhand een beetje begon te wennen. Het fijnste moment van de dag vind ik als ma Tok de tuin in komt om ons wormen te geven en de anderen uit hun huis te laten. Wij rennen elke morgen met ons vieren naar de deur waar ze uitkomt om haar te begroeten.
Ik begin al bijna te vergeten dat ik eerst ergens anders woonde, het is niet zo moeilijk om hier te wennen, het is zó fijn! Elke dag vrijheid en lekker buiten scharrelen, er is geen beter leven denkbaar voor een kip. En het bijzonderste vind ik dat er ook een haan is. Ik had nog nooit van mijn leven een haan gezien, dus ik kan niet vergelijken, maar ik vind hem erg mooi, al is hij wel klein. Hij kraait ook prachtig, de eerste keer dat hij dat deed schrok ik me een kammetje, maar nu ben ik het gewend. Hij is hier om ons te beschermen heeft hij gekakeld; ik zou niet weten waartegen want alles is hier super veilig voor ons, maar de gedachte aan een beschermer is mooi.
Ik weet elke morgen niet hoe ik het heb als ik wakker word. Geen druk gekakel om me heen en geen gevecht om aan voldoende eten te komen, nee, gewoon rustig een paar snaveltjes vol nemen en dan naar beneden gaan om te scharrelen in de ruimte. Het is nog steeds bijna niet te geloven dat ik hier nu de rest van mijn leven mag blijven, maar ma Tok heeft gezegd dat dat echt waar is. Als ik later op de dag weer trek krijg is er altijd nog genoeg eten over, de voersilo in ons nachthok is altijd vol. En water is er ook, in de ren en ook nog buiten in de tuin. Eieren leggen doen wij altijd in het nachthok, zodat ma Tok er niet naar hoeft te zoeken in de tuin.
Dana, Dina, Donna en Duna: