vrijdag 29 december 2017

Een vreemde eend in de bijt? (1)



Odette:

Er was iemand (natuurlijk mevrouw Katblad weer), die zich afvroeg of Gerrit en Geertje ook meelwormpjes krijgen, ze dacht ze te zien liggen op een foto. 

meelwormpjes bij Gerrit en Geertje
Het antwoord op uw vraag is "Ja," mevrouw K., natuurlijk krijgen zij die ook. 
Ze vinden ze heel erg lekker. 
Ze mogen er niet zoveel van hebben omdat kwartels veel kleiner zijn dan wij en de huid van die wormpjes niet verteerbaar is, zodat die moet worden uitgepoept, excusez le mot. En als die kleine kwarteltjes teveel van die onverteerbare rommel in hun lijfje krijgen kunnen ze verstopt raken. 
Dus zij krijgen elk maar een paar van die beestjes. 
Ma Tok heeft in haar schuur een hele voorraad potten met gevriesdroogde meelwormpjes, en als die allemaal leeg zijn haalt ze gewoon weer nieuwe bij Hoogendoorn. 
Gerrit en Geertje, 2 kleine etertjes
Dus wij vinden het niet erg dat er nu twee eters meer zijn in onze tuin. 
En het zijn maar erg kleine etertjes, die gunnen wij hun lekkers wel.


Verder gaat alles hier zo zijn gangetje. 
Wij eten allemaal lekker, we scharrelen de hele dag en we gaan vroeg op stok, omdat het ook vroeg donker is. 
In het Tok-huis is het gezellig, we mogen van Laza nog een tijdje kletsen als we binnen zijn, omdat het dan nog zo vroeg is. En pas gebeurde er iets heel grappigs. 
Zoals gewoonlijk had het even
gerommel om een slaapplekje op de stok
geduurd voordat iedereen zijn of haar plekje op de stok of de hordeur gevonden had en we allemaal naar tevredenheid zaten. 
Toen dat het geval was hoorden we plotseling een heel raar geluid. Niemand wist waar het vandaan kwam, het leek wel alsof er in ons huis iemand aan het kwaken was als een eend. 
Er was toch geen vreemdeling ons huis binnen gedrongen? 
We keken allemaal om ons heen. Laza keek meteen naar Geertrui, hij dacht dat zij er wel weer achter zou zitten, maar deze keer was zij echt onschuldig. 
Dat zei ze tenminste en omdat ze
Geertrui: "ik ben onschuldig"
naast mij zat en het geluid niet vlakbij had geklonken geloofde ik haar. 
We keken elkaar allemaal verbaasd aan en Laza zei dat het wel verbeelding geweest zou zijn. 
Verbeelding? 
Van alle veertien kippen in het Tok-huis? 
Ik geloofde er niets van, maar ik hield mijn snavel, omdat ik begreep dat Laza paniek wilde voorkomen met zijn opmerking. Barbara en Babette, de beide Serama's, gingen al een beetje zitten dutten en de anderen kletsten nog een poosje zachtjes door. 
Ik ging zitten nadenken over dat rare geluid. 
Zou er een eend in de Tok-tuin
eend (foto internet)
zijn gekomen? 
Nee, dat was onmogelijk, er zit immers een net over de hele tuin heen. 
En net toen ik bijna in slaap sukkelde hoorde ik het weer: "Kwaak, kwaak." 
Ik keek om me heen om te zien of de anderen het ook hadden gehoord. En ja hoor, iedereen zat rechtop en keek klaarwakker om zich heen. 
"Dat was geen verbeelding, Laza," zei Geertrui en ik was het met haar eens dat we dit niet meer konden negeren. 
Laza beschermt zijn dames
Er was iets bijzonders aan de hand in ons huis en er moest NU worden uitgezocht of dat gevaarlijk voor ons was. 
Laza voelde zijn plicht als onze beschermer goed aan en hij ging op onderzoek. 
"Heeft iemand gehoord waar dat geluid vandaan kwam?" vroeg hij. Niemand wist het precies, alleen was iedereen er zeker van dat het niet vlakbij haar eigen slaapplek was geweest. 
Ik zag Laza peinzend in het rond kijken en toen kwam er een grote grijns om zijn snavel. 
"Ga allemaal maar rustig slapen," zei hij, "dit kan echt geen kwaad voor ons." 
Hoe hij dat zo zeker wist begreep ik niet, maar gelukkig vertrouwde iedereen onze baas en we gingen weer verder met onze broodnodige nachtrust.

Ma Tok: En nu moet u een hele week wachten op de oplossing van dit mysterie, anders wordt dit verhaaltje te lang. Ik wens u sterkte en ik hoop dat u niet te gestresst raakt door de spanning.

vrijdag 22 december 2017

Het Verre Oosten weer in het nieuws.


Maria:

Er is weer nieuws uit het verre oosten van het land.
En het is geen erg leuk nieuws.
U voelt het al aankomen, zeker?
Inderdaad, er is daar iemand overleden.

Dotje ontfermt zich over Kareltje
Ma Tok kreeg een telefoontje van mevrouw Ali met de mededeling dat haan Karel niet meer onder ons is.
Het ging al een dag niet zo goed met hem, zodat mevrouw Ali hem naar binnen had gehaald om hem in de gaten te kunnen houden,
en hem een beetje te verwennen. Maar dat heeft helaas niet mogen baten, want een dag daarna lag hij levenloos in zijn hokje.
Weet u nog wie Karel was?
Ik moet toegeven dat ik er een poosje over na moest denken hoe hij eruit zag en waar hij vandaan kwam. Omdat ik denk dat het u ook zo zal vergaan fris ik uw geheugen even op.
In juni van dit jaar was mevrouw Ali met familie, waaronder ook Ma Tok, op een boerderij, waar
Dotje als pleegmoeder van Karel
een hen een paar kuikens had.
Dit waren zijdehoenders. Mevrouw Ali nam het mooiste kind mee naar haar huis, terwijl zij wist dat dit geen hennetje maar een haantje was.
Zij dacht dat deze Karel, zoals zij hem noemde, niet zou gaan kraaien, omdat zijn vader de hele dag ook niet had gekraaid.
Later bleek dat zij zich daarin had vergist, maar dit terzijde. Karel had het erg naar zijn zin, hij werd onder de hoede genomen door Dotje, één van de
v.l.n.r.: Dotje, Karel en Zijtje
hennen van mevrouw Ali.
Toen Dotje na een aantal maanden plotseling dood in het kippenhok lag en mevrouw Ali alleen Karel en Zijtje nog maar over had, ging zij naar Hoogendoorn en kocht daar een paar nieuwe hennetjes om haar kippenfamilie weer wat aan te vullen.
Karel vond die nieuwe dames erg interessant, zo erg zelfs dat mevrouw Ali enkele van de nieuwkomers apart moest zetten om ze te beschermen tegen het opdringerige haantje.
Fietje en Flora, de Faverolles
Eén van de grappige Faverolles overleed later, waarschijnlijk aan de ziekte "snot", en mevrouw Ali ging er weer op uit om een paar kipjes te kopen.
Dit keer zocht zij het dichter bij huis, ze ging naar een boer en kocht daar een trio Cochins.
Ma Tok vroeg meteen argwanend via de telefoon of dit trio wel uit drie hennetjes bestond, of dat er ook één of meer haantjes bij waren. En ja hoor, één van de drie was een haan.
Volgens de boer zou deze haan
het tweede trio Boef, Buff en Beppy
niet kraaien, maar praten. Ma Tok had dadelijk haar bedenkingen bij dit verhaal en het bleek ook niet te kloppen.
De volgende dag kraaide het beest de hele dag door.
Karel was nog steeds een bescheiden haantje, hij was nog stil, maar het gekukel van het nieuwe mannetje bracht hem op een idee.
Hij begon zich ook een haantje te voelen. Gelukkig viel zijn kraaien erg mee, zodat hij gewoon in het hok kon blijven. Mevrouw Ali heeft het trio bij de boer omgeruild voor drie jongere Cochins, waarvan het haantje
Karel, Fietje, Flora, Zijtje en het trio Cochins
zich (nog) niet liet horen.
Hij werd Boef genoemd en zijn hennetjes Buff en Beppy.
Ma Tok was bang dat Karel en Boef later zouden gaan vechten als ze allebei volwassen zouden zijn.
Maar zover is het dus nooit gekomen.
Dat is het enige pluspunt van dit verhaal.
Het is erg jammer dat we nu nooit zullen weten hoe de nakomelingen van Karel en Zijtje, beide zijdehoenders, eruit zouden gaan zien.


Rust zacht, lieve Karel, je was een leuke en erg fraaie haan.


Ma Tok: met dank aan mevrouw Ali voor de foto's.

vrijdag 15 december 2017

Winter



Wiske:

Zo, ik mag weer eens wat zeggen van Ma Tok.
Ik heb gehoord wat er allemaal is veranderd in het broedhokje, dat nu een kwartelhokje is geworden. Het is helemaal aangepast aan die twee kleintjes. En zo hoort het ook, als je voor iemand gaat zorgen moet je dat goed doen, dat ben ik helemaal eens met Ma Tok.

dé plek voor een zandbad: achterin de Tok-tuin
Dat er ook een heus zandbadje is gekomen voor ze had ik nog niet in de gaten, dat is wel fijn. Wij nemen onze baden altijd achterin de tuin, maar daar kunnen Gerrit en Geertje natuurlijk niet komen. Ma Tok denkt dat ze niet los in de tuin kunnen gaan lopen. Ze heeft namelijk gelezen dat kwartels niet samen met kippen kunnen worden gehouden omdat de kippen die kleintjes gaan pikken. En als ik denk aan hoe het ging met Yvonne en Yvette, toen die nog los in de tuin liepen, kan ik me voorstellen dat Ma Tok dat niet gaat proberen.
Het schijnt ook zo te zijn dat kwartels 's avonds hun hok niet
sneeuw op het net (van bovenaf gezien)
meer kunnen vinden.
Dat zou betekenen dat Ma Tok ze elke avond zou moeten gaan zoeken in de tuin en daar voelt zij niet zoveel voor.
Dus ze blijven lekker in hun aangepaste hok wonen en volgens mij vinden ze dat prima.
Wij hebben alweer onze eerste sneeuw gehad hier.
Het was even schrikken toen we nietsvermoedend uit ons huis kwamen. Het leek heel donker buiten, dat kwam omdat ons beveiligingsnet helemaal volgesneeuwd was. Het zag er raar uit, het leek wel een heel grote wolk vlak boven de tuin.
Nu de sneeuw weer is verdwenen
de tuin onder het net is toch ook wit geworden
kun je zien dat het net een beetje is doorgezakt door de lading, die erop gelegen heeft. Ma Tok zei dat ze na de winter wel zou kijken of het recht getrokken moest worden, nu heeft dat geen zin, er komt misschien nog wel een heleboel sneeuw als het weer kouder wordt.
We kregen ook allemaal koude voeten van het buiten lopen.
Die gingen we telkens binnen opwarmen, dat was wel gezellig. Zo ontstonden er allerlei gespreksgroepjes, Ma Tok zei dat het wel een theekransje leek in ons huis. Wat dat is weet ik niet zo goed, maar het is vast iets heel gezelligs. Ma Tok zei dat het
voeten warmen in het Tok-huis
iets voor dames was, dus wat dat betreft klopte het wel.
Alleen Daantje en Dirkje kan ik met de beste wil van de wereld geen dames noemen, die gingen natuurlijk weer lol trappen.
En Geertrui, is dat een dame? Daar mag u over beslissen, lezer, dat hoor ik dan wel als u dit verhaaltje gelezen hebt.
Zij deed met de twee ondeugden mee, op een gegeven moment kreeg ik een hoopje sneeuw tegen mijn kop.
U begrijpt wel wie de dader was. Juist ja, Geertrui en Daan en Dirk zaten bovenop de voerton en zij schoven met hun snavels de
sneeuw op de voerton voordat Geertrui
en Daantje en Dirkje erop gingen zitten
sneeuw naar elke kip, die vlak langs liep. Zoiets kun je toch alleen maar duiden als een kwajongensstreek?
En een lol dat ze hadden met hun drieën, ze vielen van de ton van het lachen.
Nu is de sneeuw weer helemaal verdwenen en de struiken zijn weer groen.
Maar ik heb zo'n donkerbruin vermoeden dat de winter voorlopig nog niet voorbij is.
Gerrit en Geertje hebben de sneeuw wel gezien, maar er natuurlijk niet in gelopen. Dat is maar goed ook, ze zouden er helemaal onder verdwenen zijn, die kleintjes. Ze riepen wel dat ze het een mooi gezicht vonden en ik hoorde ze ook lachen om de ondeugendheid van Geertrui en haar boefjes.
Humor hebben ze dus zeker.
En dat is één van de belangrijkste zaken in het leven.

dinsdag 12 december 2017

Kippenhok wordt kwartelhok (2)


Geertje:

Het wordt steeds fijner in ons hok.
Ik zal dadelijk vertellen hoe wij ons nu lekker warm kunnen houden hier.
Maar eerst even iets anders.

Gerrit neemt een zandbad
Wat Gerrit nog niet heeft verteld is dat wij nu ook een eigen bad hebben in ons hok. Nee, geen waterbad, een zandbad.
Wij vinden het heerlijk om minstens één keer per dag een uitgebreid zandbad te nemen.
Zo houden wij onze veren schoon en we gaan ook luizen tegen.
Die hebben we niet en dat willen we graag zo houden.
Ik heb gehoord dat Ma Tok nu alles aan het lezen is over kwartels.
Desiree zei dat dat altijd zo gaat bij haar, als ze dieren krijgt om voor te zorgen wil ze echt alles over die dieren weten.
heerlijk onder de takjes
Daar kunnen wij alleen maar voordeel van hebben en dat merkten we dan ook toen zij aan de slag ging om ons hok beter in te richten voor kwartels. Want eigenlijk was het een kippenhok. Ik heb gehoord dat hier een hen met haar kuikens heeft gewoond de afgelopen zomer.
Leuk hoor.
Ik heb nog nooit kuikens gehad en ik weet niet of dat ooit nog gaat gebeuren. Gerrit en ik zijn al behoorlijk op leeftijd en als je oud bent krijg je meestal geen
de drinktoren met drinkbakverwarmer eronder in het Tok-huis
kleintjes meer.
Ik zou het wel erg fijn vinden om dat een keertje mee te maken, dan zou ik broeds moeten worden als het lente is geworden.
We wachten het maar af.
Maar nu het grootste nieuws:
wij hebben een echte verwarming gekregen van Ma Tok. En niet zo maar een verwarming, nee, een heuse vloerverwarming! Niet door het hele hok, wij kunnen nu dus kiezen of we warm of koel willen zitten.
Luxe hè?
Hoe Ma Tok dat voor elkaar gekregen heeft?
Gerrit en Geertje op hun vloerverwarming
Zij vond het tijd worden om de drinkbakverwarmers weer te gaan gebruiken, om te voorkomen dat het drinkwater van de familie Tok zou bevriezen. En zo kwam zij op een lumineus idee.
Ze had zo'n verwarming over en ze bedacht dat wij die misschien wel konden gebruiken voor onze voeten.
Om helemaal zeker te weten of dit niet gevaarlijk was belde zij met dierenhandel Hoogendoorn, waar de medewerker, die zij aan de telefoon had, zei dat dit absoluut geen kwaad kon en dat hij het wel een strak plan vond. Dus nu zitten wij als we het koud
de verwarming en de eettafel
hebben even lekker tegen elkaar aan op onze vloerverwarming.

Tot nog toe bevalt het ons goed in de Tok-tuin, al hebben we hier minder ruimte dan in onze volière.
Misschien bedenkt Ma Tok daar ook nog een keer iets op, al is het niet echt nodig, we hebben hier alles wat we willen. Ze had het over de zomer, dat ze dan misschien een rennetje met een nachthokje op de grond voor ons zou maken, maar dat is voorlopig nog niet aan de orde. Bovendien ga je als je ouder wordt meestal kleiner wonen, heb ik gehoord, dus wat dat betreft zitten we prima in dit hok.
We voelen ons nu echt bij de familie horen, wij, Gerrit en Geertje Tok.

vrijdag 8 december 2017

Kippenhok wordt kwartelhok (1)


Desiree:

Ik ben blij, heel erg blij.
Omdat Geertrui, mijn enige overgebleven mede-kuifhoen, nu ook het hele alfabet heeft overleefd. We worden wel oud hier in de Tok-tuin.

Desiree houdt haar kop scheef om Gerrit te verstaan
Dat komt vast omdat we het hier zo naar ons zin hebben.
En omdat we een goede verzorging krijgen, dat ook ja.
Ik heb al geprobeerd om met Gerrit en Geertje te kakelen, maar dat gaat erg moeilijk omdat zij zo hoog zitten en vooral omdat ze zulke zachte stemmetjes hebben.
Ik heb tegen hen geroepen dat zij het hier goed zullen hebben en dat ze hier oud zullen worden. Gerrit probeerde iets terug te roepen, maar ik kon het niet helemaal verstaan, ik hoorde wel iets als "Wij zijn .. oud, hoe ... bent u?"
Ik denk dat hij bedoelde te zeggen dat zij ook al oud zijn en dat hij mijn leeftijd wilde weten. Dus ik riep terug dat ik al veertien jaar ben, waarop Gerrit een verbaasd "Kwi-kwi-kwi" liet
Gerrit en Geertje samen in hun hokje
horen.
Ik begreep dat hij niet weet hoe oud hij precies is, maar vast nog geen veertien jaar. En Geertje is jonger, die is een jaar of zeven. Van Ma Tok hoorde ik dat dat al best oud is voor een kwartel, die worden gemiddeld een jaar of vijf. Zij moeten het dus goed gehad hebben bij hun vorige verzorgers.
Ik hoop dat zij nog lang hier bij ons in de tuin zullen mogen wonen. Ma Tok heeft intussen allerlei aanpassingen aan hun hok gemaakt, omdat een kwartel nu eenmaal geen kip is, al is het wel een hoenderachtige.
Ik geef het woord nu weer aan Gerrit, dan kan hij vertellen wat er is veranderd in zijn hok.





Gerrit:

Ja, mensen, daar ben ik weer.
Ik moet zeggen dat het wel even wennen is om tegen u te praten, maar ik vind het toch erg leuk.

het gesloten trapje naar het nachthokje
Desiree heeft u al wat verteld over ons hokje, maar zij kan er niet zo goed in kijken, zodat zij ook niet precies weet wat er nu veranderd is door Ma Tok. Allereerst heeft Ma Tok het trapje naar ons "nachthokje" dichtgedaan.
Omdat wij grondkwartels zijn gaan wij nooit trapjes op, dus we gingen ook niet naar ons nachthokje, nee, we bleven altijd beneden zitten. En daar is het best een beetje koud, omdat er tralies zijn aan de voorkant en daar komen de wind en de koude lucht zo doorheen.
Ma Tok had dit gelukkig in de gaten en zij zette Geertje en mij
het nieuwe, door Gerrit en Geertje afgekeurde hokje
elke avond met de hand in ons slaapverblijf.
Het trapje af de volgende morgen was geen probleem, naar de grond gaan wij altijd wel, want daar horen wij.
Nu stond er in onze oude volière nog een klein nachthokje van ons en Ma Tok heeft dat opgehaald om dat in ons dagverblijf te zetten. Helaas bleek dat hokje veel groter te zijn dan zij had gedacht, zodat zij een nieuw hokje voor ons ging kopen.
Maar wij houden niet zo van in hokjes zitten, dus wij gingen er niet in.
eet- en drinkbakjes

Ma Tok heeft ook een beter drinkbakje voor ons geregeld, zodat wij niet telkens water morsen, waardoor de bodembedekking nat wordt.
Nat is niet goed voor kwartels, dus Ma Tok bleef maar bodembedekking vervangen en ons hok droogmaken, dat was niet erg praktisch.
Er zitten knikkers in ons drinkbakje, dat maakt het lekker zwaar, zodat we het niet omtrappen als we gaan drinken of als we er langs lopen.
Er zijn ook wat takjes in ons hok opgehangen, daar zitten wij graag onder, dat had Ma Tok gelezen op het internet.
Ze wil alles over ons weten nu ze onze zorg op zich heeft genomen.
In het volgende verhaaltje zal Geertje vertellen hoe het komt dat wij het nu niet meer koud hebben in ons hokje hier in de Tok-tuin.

vrijdag 1 december 2017

Het verhaal van Gerrit en Geertje


Gerrit:

Hallo, ik ben Gerrit en ik ben een Europese kwartel.
Ik mag u vertellen hoe mijn kleine vriendinnetje en ik hier zijn terecht gekomen.

Gerrit
Ik zeg "mijn kleine vriendinnetje" omdat ik nog even moet wennen aan het hebben van een naam. Zij heet nu Geertje en ik dus Gerrit.
We hebben niet alleen een voor- maar zelfs ook een achternaam gekregen. Die achternaam is Tok. De hele familie hier heet zo en wij zijn nu ook bij die familie Tok ingelijfd.
Ik ben reuze trots op mijn naam en Geertje is dat ook.
Bij onze vorige verzorgers heetten wij gewoon "de twee kwartels", ook niet verkeerd, maar niet erg uniek als je altijd wordt aangeduid met je soortnaam. Het zou voor u net zo zijn alsof iedereen u "dat mens" zou noemen.
de volière (buitengedeelte)
Maar nu ons verhaal.
Ik woonde al heel lang bij een man, die altijd goed voor mij zorgde.
Ik woonde daar niet alleen, nee, er waren in hetzelfde hok een heleboel kleine vogeltjes. Dat hok heette eigenlijk een volière. Er was ook een groot nachthok, waar in de winter de verwarming aanging. Zo hadden wij het daar goed, die vogeltjes en ik. Sommige van die kleintjes konden prachtig zingen, daar luisterde ik graag naar en onze verzorger ook.
Er waren eerst nog meer kwartels bij ons in de volière, maar op de één of andere manier
was ik op een gegeven moment
deel van de volière met nestkastjes
op een stok kunt u een klein geel vogeltje zien
nog alleen over.
Totdat de man met een heel klein zwart kwarteltje aankwam, zodat ik weer gezelschap had van een soortgenoot.
We gingen kort daarna ook verhuizen, met volière en al. Omdat ons huis mee verhuisde maakte het ons niet zoveel uit, die verhuizing.
Wat wél een grote verandering teweeg bracht was dat de man na een heleboel jaren opeens niet meer bij ons kwam om ons eten en drinken te geven.
Nee, nu kwamen er telkens andere mensen om voor ons te zorgen.
Wij kregen dus wel ons natje en droogje op tijd, maar we misten onze vaste verzorger toch wel.
Zijn vrouw kwam ook vaak, maar zij had minder plezier in ons dan haar man.

En nu mag Geertje verder vertellen, want ik ben er schor van geworden.
Ik ben niet meer één van de jongsten, dus ik geef het woord graag over.





Geertje:

Ik ben een Chinese dwergkwartel, die zijn kleiner dan de Europese, zoals Gerrit.
Ik ben op een gegeven moment bij Gerrit komen wonen in de grote volière bij de man, die voor ons zorgde tot vorig jaar.

Geertje
Wij hebben hem nog een keer gezien, toen zat hij in een stoel met wielen eronder. Tja, toen begrepen wij wel dat hij niet meer voor ons kon zorgen.
Ik woonde inmiddels al een heel aantal jaartjes bij Gerrit en wij waren goede vrienden geworden. Op een dag kwamen er mensen bij ons de volière in en zij begonnen de kleine vogeltjes te vangen met een net.
Ze werden allemaal in een hok gedaan en toen dat vol was werden de kleintjes weggebracht.
Wij bleven achter met nog een stuk of tien kleine vogeltjes, die er niet meer bij hadden gekund
Gerrit en Geertje in het hokje
in het hok. Die zouden later worden opgehaald, hoorden we. "En wij dan?" vroeg ik aan Gerrit. "Dat weet ik ook niet," antwoordde hij, "maar het zal wel goed komen, ze laten ons hier echt niet verhongeren, dat weet ik zeker."
Een paar dagen later kwam er een vrouw onze volière binnen lopen. Wij kenden haar wel, zij had al eens een week voor ons gezorgd in de vakantie van onze eigen mensen.
Ze ging eerst de overgebleven kleine vogeltjes eten en drinken geven en toen pakte ze een
ons hok heeft ook een trapje naar het nachthok
kooitje dat op de grond stond.
Ze deed daar voer in en toen pakte ze eerst Gerrit op. Ze zette hem in het kooitje en het deurtje ging dicht. Even later werd ik ook opgepakt en in het kooitje gezet. En toen nam ze ons met kooi en al mee, de tuin uit. We mochten even in de kamer bij onze oorspronkelijke mensen zitten en daarna werden we door de vrouw, die, zoals wij later hoorden, Ma Tok heette, meegenomen naar haar huis.
Daar zaten we in ons kooitje nog even in een grote schuur en toen kregen wij samen, Gerrit en ik, een heel mooi hok, helemaal alleen voor ons tweeën.
We hoorden ook dat we allebei een naam hadden gekregen, daar waren wij heel blij mee.
Vanuit de tuin hoorden we allerlei geluiden, het tokken van kippen en ook het gekraai van een haan. Dat klonk prachtig, maar wel erg luid. Wat een grote haan moest dat zijn! Ik kroop dicht tegen Gerrit aan, dat voelde lekker veilig.
En nu wonen wij alweer een heel tijdje hier in de Tok-tuin.
We beginnen ons al een beetje thuis te voelen in ons fijne hokje.