vrijdag 27 oktober 2017

Boos


Pippa:

Ik ben boos.
Op Ma Tok.
Daar bent u vast verbaasd over, maar het is toch echt zo.

Yvonne en Yvette in hun ren
Wilt u weten waarom?
Ma Tok is niet eerlijk.
Niet dat ze ons voorliegt, dat bedoel ik niet.
Nee, ze bevoordeelt sommige leden van de familie Tok boven de andere.
En u begrijpt vast wel dat IK niet tot de bevoordeelden behoor. Want dan had u mij niet gehoord. Nee, de bevoordeelden, dat zijn die twee grote witte meiden, Yvonne en Yvette.
Zij zitten apart opgesloten omdat zij ons anders in onze kammetjes en kuifjes pikken, dus dat is hun eigen schuld.
Dat opgesloten zitten, bedoel ik. En wat doet Ma Tok?
Yvonne en Yvette krijgen hun lekkers altijd als eersten
Ze geeft die twee groten altijd als eersten hun lekkers, als er wat te verdelen valt.
Dat vind ik niet echt erg, hoewel het best moeilijk is om te zien dat er al kippen aan het snavelen zijn van dat lekkere, terwijl ik nog moet wachten.
Geduld is niet mijn grootste eigenschap, daar hebt u gelijk in. Maar dat is toch geen zonde? Anderen in hun kammetjes pikken wel.
Maar goed, wat ik kakelen wilde is dat Ma Tok nu toch echt te ver is gegaan in haar ongelijke behandeling van de familieleden. Want wat gebeurde er?
Ze gaf ons eerst allemaal van die heerlijke meelwormpjes; die
het heerlijke strooigraan (snoepzaadjes)
twee witten weer als eersten, natuurlijk, maar daar gaat het nu niet om.
Wat ze daarna deed, dat was het waar ik boos om ben.
Ze ging ons huis binnen en ze kwam er weer uit met haar ene hand helemaal boordevol met van die lekkere snoepzaadjes. Het water liep al uit mijn snavel toen ik dat zag.
Maar wat gebeurde er?
Ma Tok liep naar de ren van die witten en daar strooide ze al die zaadjes voor hen op de grond. Tot zover was er nog geen haan
Pippa zit te mokken
overboord, ik dacht dat zij nu weer naar ons huis zou gaan om ons ook van dat lekkers te geven. Maar nee hoor, Ma Tok ging gewoon naar binnen, het mensenhuis in.
Ik keek haar nog even héél boos na, waarop ze zei dat die twee arme grote dames (!) zo weinig te scharrelen hadden en dat ze nu ook wat te zoeken hadden in hun ren.
Moet je toch meemaken!
Wat was ik BOOS!
En dat ben ik nu nog.
Het is ONEERLIJK, dat zult u toch wel met mij eens zijn?
Of niet soms?

1 opmerking: