vrijdag 27 augustus 2021

Sandra en Saartje vertellen hun verhaal


Sandra en Saartje:

Zo, nu mogen wij ons verhaal doen. 
Natuurlijk hebben wij er alle begrip voor dat Olga voorrang had, maar u moest wel erg lang wachten op onze geschiedenis. 

Sandra en Saartje in de ren in de Tok-tuin
Wij herinneren ons niet alles meer, maar wel weten we nog dat we in een bos werden gedumpt door onze eigenaar. Hij zette ons gewoon uit de auto en reed weg, zonder naar ons om te kijken. 
Eerst ging het nog wel, maar toen het donker begon te worden wilden we ons hok binnengaan om te slapen, maar we konden het niet vinden. Wat moesten we nu? Omdat het ook nog begon te regenen gingen we onder een boom zitten, maar we voelden ons niet echt veilig op de grond. 
bos (foto internet) 
Gelukkig heeft een boom takken, waar je op kunt zitten, we vlogen dus een beetje omhoog en kozen een mooie dikke tak uit, waar we dicht tegen elkaar aan op gingen zitten. Zo bleven we een beetje droog en ook iets veiliger. We hoorden wel allemaal vreemde geluiden om ons heen, dat was niet fijn, want we wisten niet of die geluiden soms gemaakt werden door dieren, die ons kwaad wilden doen. 
De volgende morgen gingen we op zoek naar eten. Dat was er niet veel, we deelden een worm, die zo dom was om vlak voor onze snavels
veilig in het nachthok van Soestdijk

uit de grond te komen, maar dat was het dan wel. We zochten naar besjes en zaadjes, maar erg veel vonden we niet. 's Avonds kropen we hongerig en nat weer op onze tak en vielen we in slaap met knorrende magen. 
Zo ging dat een tijdje door, totdat we een mens zagen lopen. Zou die ons eten komen brengen? We renden naar hem toe, maar eten had hij niet bij zich. Hij praatte wel tegen ons, hij vroeg waar we
kennismaking met de familie Tok

vandaan kwamen, maar dat wisten wij niet goed meer. Hij nam ons mee en zette ons in een hok en we kregen eten en drinken. Wat smaakte dat allemaal heerlijk! 
Maar wij waren daar niet de enige kippen, er waren anderen, die ons er niet bij wilden hebben. We mochten niet eten van hen en als we het hok in wilden gaan werden we gepikt. De man bracht ons naar een mevrouw, die ons in een hok zette in haar tuin, ook daar kregen we eten en drinken en mochten we in een hok slapen. Maar hier waren ook kippen en hanen, die ons niet wilden accepteren. 
Gelukkig gebeurde er toen iets moois: een man en een vrouw
De andere leden van de familie Tok zijn kleiner

kwamen met een auto ons ophalen, we reden heel ver en daarna kregen wij een eigen hok in een tuin, waar ook andere kippen waren en een haantje ook, maar deze kippen waren allemaal veel kleiner dan wij. We maakten kennis met hen door het gaas van een lange ren, die we ook nog hadden gekregen van de vrouw, die ma Tok bleek te heten. Het was daar een gezellige boel en het haantje ging voor ons dansen.
de familie Tok met Sandra in hun midden

Nou, deze kippenfamilie wilde ons duidelijk wel in hun tuin hebben, en als ze lelijk zouden gaan doen waren wij in elk geval veel groter dan zij. Maar ze waren allemaal aardig en zodra we uit de ren mochten gingen we vriendschap sluiten met hen. Het haantje, tsaar Nikolaas, slooft zich nog regelmatig voor ons uit, maar ons treden kan hij niet, denken wij, daarvoor is hij veel te klein. Maar mooi is hij wel en aardig ook. 
Wij zijn eindelijk op onze eindbestemming aangekomen en we hebben het goed hier.

vrijdag 20 augustus 2021

In memoriam: Olga


Ma Tok:

Olga kwam bij ons samen met tsaar Nikolaas. 

Olga bij mevrouw Angelique
Ma Tok dacht dat de tsaar het niet zou redden in zijn eentje en mevrouw Angelique had al een tijdje haar twijfels over de geschiktheid van haar erf voor deze mooie witte dame, die meestal de kleur van modder had. 
Olga heeft ongeveer anderhalf jaar bij mevrouw Angelique gewoond, daarvoor was ze achtergelaten in een ren bij een door mevrouw Angelique en haar man verhuurde woning. De huurders betaalden hun huur niet en werden uit het huis gezet, dat zij half gesloopt en vreselijk smerig achterlieten, inclusief een ren met verschillende
Olga na een poosje in de Tok-tuin

kippen. 
Natuurlijk nam mevrouw Angelique deze kippen mee en liet ze wonen op haar farm. Olga had het daar prima naar haar zin, maar werd, zoals gezegd, erg vuil, wat goed te zien was omdat haar oorspronkelijke kleur wit is. Volgens mevrouw Angelique was Olga meer een stadse kip. 
Olga vond haar plaatsje snel in de familie Tok en ze werd steeds witter en mooier. Ze scharrelde lekker door de Tok-tuin en voelde zich helemaal thuis. 
Tot het noodlot toesloeg en Olga ziek werd. Het verhaal van haar ziekte en behandeling kunt u lezen in het vorige verhaaltje, dat zij zelf nog vertelde (Wonen in een doos).
Olga in haar doos tijdens haar ziekte
Ik ga verder waar zij stopte. 
De nieuwe antibiotica leek aan te slaan, Olga begon weer zelf te eten, waar ik erg blij om was. 
Maar het abces bleef lopen en Olga stopte weer met eten. Ik gaf haar nog een paar dagen vloeibaar voedsel met een spuitje, maar toen haar wang dikker werd ondanks het open wondje en haar snavel scheef werd geduwd door de dikte maakte ik een nieuwe afspraak met de dierenarts. 
Die keek in haar snavel en zag daar een grote tumor zitten, die haar halve snavel vulde en waarschijnlijk de oorzaak was van het abces. 

Olga in betere tijden in de Tok-tuin

Omdat dit een lijdensweg zou worden voor Olga en ze het toch niet zou redden was er maar één mogelijkheid: haar uit haar lijden verlossen. 
Daar heb ik voor gekozen en ze is bij de dierenarts op mijn schoot ingeslapen. 
Ze ligt nu onder de Tok-tuin, bij alle hennen die haar zijn voorgegaan en ook bij LazaRus, die zij nooit gekend heeft, maar die wel voor altijd zijn stempel heeft gedrukt op de familie Tok.



Vaarwel Olga, lieve mooie kip, we zullen je nooit vergeten.

woensdag 18 augustus 2021

Een droevig bericht


 Ma Tok:

Tot ons grote verdriet is gisteren onze lieve mooie Olga overleden.
De familie Tok is in rouw gedompeld.
Haar "in memoriam" kunt u aanstaande vrijdag lezen bij de familie Tok.

vrijdag 13 augustus 2021

Wonen in een doos


Olga:

Ik ben ziek. 
En niet zo'n beetje ook. 

Olga in haar doos
Ik woon nu al bijna een week in een doos in de kamer van het mensenhuis. Het kan me niet zoveel schelen waar ik ben op het ogenblik, daarvoor ben ik te beroerd. 
Het begon vorige week vrijdag, toen ma Tok onze deur kwam sluiten. Ze zei: "Ik hoor iemand heel moeilijk ademen, wie is dat?" Omdat ik vooraan zat viel ik al snel door de mand, al probeerde ik heel zachtjes te doen. Ma Tok zei tegen mij dat ze de volgende dag de dierendokter ging bellen, ja, ook al was het dan zaterdag, dit kon niet wachten tot maandag. Daar kon ik het mee doen. 
De volgende morgen was ik al vroeg beneden, ik dacht dat ik dan misschien kon ontsnappen als ma Tok de deur voor ons zou openen, maar dat ging niet door, ze deed de deur maar een klein kiertje open en toen ik langs haar wilde lopen greep ze me beet. Ik was ook niet zo snel omdat ik ziek was, begrijpt u? Ik moest in een kattenvervoerbak en mee in de auto naar de dokter. Die keek naar mijn ogen en deed mijn snavel open;
Olga bij de dierenarts op zaterdag

wat ze daar zag liet haar schrikken, het was helemaal vies rondom mijn tong en ik kon ook niet goed slikken, dat had ik zelf ook al gemerkt. 
Ma Tok had gevraagd of ze medicijnen kon komen ophalen omdat ze precies wist wat ik nodig had, dat had ze van mevrouw Angelique gehoord. Maar de dierenarts wilde mij eerst zien voordat ik die medicijnen kreeg. Ze ging met een pincet in mijn snavel zitten peuteren, maar de taaie gele troep kreeg ze er niet uit. En daarna kreeg ma Tok precies de medicijnen mee die mevrouw Angelique had aangeraden. Sindsdien moet ik elke dag een pilletje slikken en worden
Olga's medicijnen

mijn ogen vier keer per dag gezalfd. En omdat ik niet eet wordt er om de paar uur iets in mijn snavel gestopt door ma Tok. Ze neemt mij dan op schoot en met een spuitje laat ze telkens een klein beetje eten in mijn snavel druppelen. Eerst kon ik helemaal niet slikken, ma Tok haalde met een tandenstoker een paar stukjes van de gele troep uit mijn snavel en toen ging het iets beter. 
de spuitjes voor Olga's eten en drinken
Omdat ik die eerst avond nog niets was opgeknapt gaf ze me nog een extra pilletje, dat deden ze bij mensen ook altijd, zei ze. Ik vond alles best, ik moest al mijn krachten gebruiken om adem te halen, mijn neus was ook verstopt. Ma Tok was de volgende dag blij dat ik er nog was, zoals ze zei en ze ging mij weer een pilletje geven, mijn ogen zalven en ze knipte ook mijn vuile veren rondom mijn kop weg, dat was fijn, want ik voelde me vreselijk smerig. Ik kreeg weer een geklutst eitje in mijn snavel gespoten, heel langzaam en met kleine beetjes tegelijk, maar ik proefde niks, ik probeerde het naar binnen te slikken maar de helft of meer kwam op ma Tok terecht. 
Olga met haar dikke wang
Ik kreeg later ook yoghurt, dat was lekker koel, dat voelde goed in mijn ontstoken keel. En zo gingen de dagen voorbij. Mijn kop en mijn neus werden met warme vochtige doekjes schoongemaakt, dat was vervelend, maar als het klaar was toch wel lekker. 
Maar toen werd mijn rechterwang heel dik, het drukte mijn oog dicht en mijn snavel scheef. Ma Tok voelde aan de dikte en vroeg aan pa Tok of dit een abces was. "Ja," zei pa Tok "en dat moet snel geopend worden om de troep eruit te laten." Dus ik moest weer in zo'n kattenbak, nu naar een andere dierenarts, die zomaar een sneetje
bij de andere dierenarts

in mijn wang maakte. Hij duwde op de dikke plek en toen begon het heel erg te stinken. Tenminste, dat zeiden de mensen, ik rook niks, door mijn verstopte neus. Ik voelde wel dat er iets in mijn snavel liep, dat was bloed en dat werd er later thuis door ma Tok uit gehaald als een vieze korst. Ze had ook instructies meegekregen, die inhielden dat ze het wondje open moest houden en telkens de pus eruit moest halen. 
Ik voelde me even wat beter, maar al snel zat alles weer dicht en ging ma Tok in het gaatje zitten peuteren met een tandenstoker en daarna spoot ze er water in om het schoon te maken. Zij ging ook op mijn wang duwen, au, maar ze zei dat het echt moest, dus ik liet het maar weer toe. 
Olga na de opening van het abces

Omdat het na een paar dagen nog niet echt goed met mij ging belde ma Tok de dierenarts weer, ze vroeg om andere antibiotica, omdat de eerste niet echt hielp. 
Ze kwam net thuis met een flesje, waaruit ik druppels moet slikken. De eerste dosis heb ik al binnen. 
En nu maar hopen dat dit werkt, want het leven in een doos bevalt mij helemaal niet, al hoor ik onze tsaar regelmatig kraaien door de openstaande terrasdeur. Hij doet zijn best om mij te bemoedigen, dat vind ik erg fijn, maar liever ben ik gewoon weer lekker in de tuin bij mijn familieleden.
 

Ma Tok: ik weet dat ik u het vervolgverhaal op het vorige had beloofd, maar de zieke Olga kwam er tussen en dat is nu even belangrijker.

vrijdag 6 augustus 2021

De nieuwe bewoners van Soestdijk


 Pavlova:

Er is iets heel belangrijks gebeurd in onze tuin. 
Er zijn twee nieuwe bewoners bij gekomen. 

Sandra (achteraan) en Saartje Tok
Ze slapen niet bij ons en ze scharrelden eerst ook nog niet door de tuin, maar ze zijn er toch. 
Ze wonen in Soestdijk en ze hadden de grote ren er ook bij gekregen van ma Tok, zodat wij goed kennis konden maken met hen. 
En dat deden we ook allemaal. 
De eerste die bij hen ging kijken was tsaar Nikolaas; dat is normaal, hij is tenslotte de baas hier en deze twee nieuwe dames zouden ook tot zijn harem gaan behoren. 
Hij keek zijn ogen uit en begon te kraaien dat het een lieve lust was. Dat zat dus wel goed, dacht ik, ze bevallen hem wel. 
De kippen in de ren keken naar hem
Sandra bekijkt het nachthok

en gingen toen weer door met wat ze aan het doen waren, namelijk: hun nieuwe hok verkennen. Ze zagen er best goed uit, niet heel mager of kaal, zoals de anderen mij hadden verteld dat geredde kippen er meestal uitzagen. Ze hadden wel een beetje rare poten, die zagen er wat pijnlijk en dik uit, maar ze leken er geen last van te hebben, ze scharrelden lekker rond in de rennen, die ze tot hun beschikking hadden. 
Nadat ze een beetje tot rust waren gekomen ging ik eens voorzichtig bij hen kijken. 
"Hallo dames," kakelde ik, "zijn jullie tevreden met jullie nieuwe huis?" Ze keken elkaar aan en één van hen, de donkerste, kakelde
Saartje in de ren

terug: "Jazeker, het is een goed huis, met een solide nachthok en wel drie rennen, dat is ruim genoeg voor ons. En er is ook goed voer en lekker water, dus we hebben alles wat we nodig hebben. Ik heet Sandra, trouwens, aangenaam." 
Ik vertelde dat ik Pavlova heette en vroeg aan de andere grote bruine kip hoe zij heette. "Ik ben Saartje," kakelde zij, "wij hebben onze namen vandaag gekregen." 
"O," kakelde ik, dan heten jullie Sandra en Saartje Tok, welkom in de familie." Daar hoorden ze van op, dat ze ook een achternaam hadden en dat ze nu bij een familie behoorden. Dat was hen nog nooit
tsaar Nikolaas danst voor Sandra en Saartje

overkomen, ze waren er erg blij mee. 
"Die ... eh ... vreemde vogel die zich hier net zo stond uit te sloven, is dat de haan hier?" vroeg Sandra. 
Ik schoot in de lach en kakelde dat dat inderdaad onze haan was en dat hij hen waarschijnlijk erg mooi vond en dus een dansje voor hen had gemaakt om dat te tonen. 
"O, echt?" kakelde Saartje, "het is de eerste keer dat een haan ons zo mooi vindt, ik ben helemaal perplex. Maar betekent dat ook dat
Nikolaas is trots op zijn nieuwe dames

hij ons wil treden?" 
"Dat denk ik wel," kakelde ik, "maar dan heeft hij wel een keukentrapje nodig, ben ik bang." De twee bruine meiden begonnen hard te lachen, zo hard, dat onze tsaar kwam kijken wat er aan de vleugel was. 
"Wees welkom, mooie dames," kraaide hij, "ik ben de haan hier en mijn naam is tsaar Nikolaas. 
Mag ik ook meelachen?" 
Nu begonnen Sandra en Saartje nog harder te lachen en ik kon mijn snavel ook niet meer dicht houden. Ik legde aan Nikolaas uit dat het
Sandra en Saartje los in de Tok-tuin

een hennengrapje was en dat hij als haan dat niet zou begrijpen. 
De nieuwe meiden keken mij bewonderend aan en kakelden later dat ze mijn smoesje erg slim hadden gevonden. Daarna lachten we nog wat na en toen kwam ma Tok met een verrassing: omdat het zulk mooi weer was kon ze een poosje bij ons zitten en dat betekende dat Sandra en Saartje uit hun ren mochten om de tuin te gaan verkennen. Ma Tok legde overal gierststengels neer, zodat we allemaal iets lekkers hadden om te snoepen en ja hoor, daar kwamen ze de ren uit, de twee grote meiden. 
Hoe dit verder afloopt hoort u volgende week.