vrijdag 30 augustus 2019

Ouderdom komt met gebreken (1)


Geertrui:

Op de foto hierboven zie ik er nog goed uit, al zeg ik het zelf. Dit plaatje is een aantal jaren geleden van mij gemaakt. Mijn tweelingzus leefde nog en alles was rooskleurig.

foto van Geertrui in de rui voordat de echte problemen begonnen
Dat is nu wel anders.

In de eerste plaats ben ik momenteel in de rui, dus ik zie er niet uit. Mijn staart is verdwenen en mijn veren zijn erg oud en dun. Maar dat geldt voor bijna de hele familie Tok.
Als dat alles was zou ik niet klagen.
U begrijpt het al: er is meer aan de vleugel.
Ma Tok kwam 's avonds onze deur sluiten en ze schrok zich een kuifje. Er lag allemaal bloed op de mestplank, overal spatten en zelfs een heel plasje. Omdat ze dacht dat Laza misschien weer nieuwe sporen had ontwikkeld aan zijn poten tilde ze hem op om te kijken of het bloed uit een afgerukt spoor was gekomen, maar ze zag niets bijzonders.
Geertrui na het afwassen van het meeste bloed van haar kop
Toen keek ze ons allemaal aan en ik hoorde haar mompelen: "Geertrui, waarom zit jij niet op de stok? Je zit nooit op de grond." En ze viste mij op van het plateau, waarvoor ze op een krukje moest gaan staan.
Ik liet me pakken en ik keek vanonder mijn kuif naar haar gezicht. Dat stond op schrikken.
Ze nam mij mee naar het mensenhuis en ik werd voorzichtig in de gootsteen gezet, met mijn voeten in een bodempje lauw water. Mijn kop werd schoongemaakt met een nat doekje en daarna nam ma Tok me op haar schoot. Ze had de blauwspray ook meegenomen het mensenhuis in en ze spoot daarmee op mijn ene teen, precies die teen die zo'n pijn deed. Met mijn kop was niets mis,
blauwspray: ontsmettend en bloedstelpend
daar was bloed op gekomen toen ik erop had gekrabbeld met mijn bloedende poot.
Ma Tok zei dat er een nagel van mijn teen was gescheurd en dat er een verbandje omheen moest. Toen dat gedaan was deed het niet meer zoveel pijn, maar lopen kon ik niet echt omdat ma Tok per ongeluk twee tenen in het verband had gestopt. Maar  ik hoefde me ook nauwelijks voort te bewegen, want ik werd voorzichtig in een apart hokje gezet met vitamientjeswater en eivoer vlak voor mijn snavel. Ik kreeg er zelfs nog wat wormpjes bij ook. Wat een verwennerij!
Die morgen kwam ze bij mij kijken en ze was duidelijk erg blij. "Wat fijn dat je er nog bent, Geertrui," zei ze. Ja, natuurlijk was ik er nog, ik zat in een hokje opgesloten en ik kon bovendien niet lopen met mijn
Geertrui verblijft tijdelijk in het hok rechts op de foto
ingepakte poot, dus waar zou ik heen gegaan zijn?
Ik moest in het hokje blijven, al vond ik dat niet fijn, ik loop liever te scharrelen. Die avond kreeg ik weer een behandeling met blauwspray en een nieuw verbandje, nu alleen maar om mijn gewonde teen, zodat ik kon lopen. Maar ik moest wel weer apart slapen. Toen het weer licht was kwam ma Tok weer naar mij toe, ze vond mij er beter uitzien dan de vorige dag, dus ik mocht de tuin in. Maar ze zei zuchtend dat ze mijn ademhaling niet goed vond klinken, dat ik waarschijnlijk een ontsteking had van mijn luchtwegen.
Nu was ik inderdaad nogal hoorbaar aan het ademen, maar daar maakte ik me niet druk om. Ma Tok wel, die zei dat ze naar Hoogendoorn ging bellen om te horen wat daaraan gedaan moest worden.
Volgende week hoort u hoe het mij verder verging.

1 opmerking:

  1. Geertrui, je ziet er inderdaad niet uit. Maar dat geldt voor ons allemaal als we oud worden. Het belangrijkste is, dat je gezond blijft en lekker verwend wordt. En dat laatste zit wel goed,lees ik.

    BeantwoordenVerwijderen