vrijdag 24 juni 2022

Ons nieuwe leven (1)



Xandra en Xena:

Wij zijn nieuw hier en het schijnt dat je je dan moet voorstellen aan de lezers van de verhaaltjes over de familie Tok. Nou, hier zijn wij dan om dat te doen.

Xena
Xena: 
Ik ben Xena Tok en ik ben een Brahma. Ik weet niet meer waar ik uit mijn ei ben gekropen, dat is al een tijdje geleden. Het eerste wat ik me herinner is dat ik bij Hoogendoorn in een afgezet stuk gras liep samen met nog een heleboel andere Brahma's. Xandra was daar ook bij, al wisten we toen nog niet dat we zo heetten. Ik was niet speciaal met haar bevriend, we waren met een groep van wel dertig Brahma's en we liepen wel eens langs elkaar heen en dan groetten we elkaar, maar verder gingen we niet. Ik wist toen natuurlijk ook nog niet dat wij samen zouden weggaan daar.

Xandra


Xandra: 
En ik ben Xandra Tok en ook een Brahma. 
Voor mij geldt hetzelfde als voor Xena, wij liepen dus samen in het gras met een heleboel anderen. 
Tot de dag dat één van de medewerksters van Hoogendoorn ons weitje in kwam en ons begon op te drijven. 
Nou ja, zo erg was het niet, ze dreef ons een beetje in de hoek en toen pakte ze eerst Xena op.




Xena: Ja, ze pakte mij zomaar op en ze nam me mee naar de uitgang van ons "gebied" zal ik maar zeggen en daar stonden een man, een vrouw
de doos waar Xena en Xandra in werden vervoerd

en twee jongens. Er stond ook een grote doos en als ik had geweten dat ik daar in moest zou ik hebben geprotesteerd, maar ik zat er al in voordat ik het door had. Er lag een hoopje stro in en omdat het donker werd toen het deksel dicht ging ging ik maar rustig in het stro zitten.


Xandra: Ik had gezien dat Xena werd gepakt en uit het zicht verdween toen ze in een doos werd gestopt. Dat leek mij helemaal niks, dus ik zette het op een lopen toen de medewerkster op mij afkwam. Maar ik was niet snel genoeg, de andere kippen stonden om mij heen
en zo kon ze mij ook pakken. 
de lege open doos

Ik verdween ook in de doos, waar het bij nader inzien helemaal niet zo vreselijk was, Xena zat er lekker te suffen en toen het deksel weer werd gesloten kroop ik tegen haar aan in het stro.

Xena en Xandra: we voelden hoe de doos werd opgetild en we hoorden mensen praten, we zaten eigenlijk best lekker in het stro en het schommelde een beetje toen we werden gedragen. We gingen maar even een dutje doen samen en toen we wakker werden was de hele wereld veranderd. 

Xandra (in de ren) en Sandra
De doos werd open gemaakt en we werden er één voor één uitgetild en in een ren gezet. Daar stond heerlijk eten en fris water voor ons klaar, dat ging er wel in na de lange reis. 
We hoorden en zagen een heleboel kleine kipjes rondscharrelen buiten onze ren en ook een wat grotere bruine, die zich aan ons kwam voorstellen. Zij heette Sandra en ze giechelde toen ze hoorde dat één van ons Xandra heette. 

De jongetjes stonden naar ons te kijken en de kleinste zei telkens: "Hele glote kippen!" 
Toen we dat hoorden herinnerden
Xena en Xandra
wij ons dat de grotere jongen had gezegd toen hij ons zag bij Hoogendoorn: "Díe zijn gróót, die gaan we toch niet meenemen?" De vrouw, die dus ma Tok bleek te heten, had gezegd dat wij juist wel met hen mee mochten, waarop de jongen zei: "Cool!" En de kleine had toen ook al "hele glote kippen" gezegd. En ja, de jongens hadden gelijk, wij zijn gewoon groot.


Volgende keer vertellen wij verder hoe het ons verging de eerste nacht en de volgende dagen in de Tok-tuin.

1 opmerking: